10 | Digitaal Stelsel Omgevingswet
Testen met eindgebruikers bij het ontwikkelen van applicaties
Sander Haaksma (Lead UX), Martin Ypenburg (UX designer), Hans Grimm (Front-end developer DSO toolkit) en Tim in ’t Veld (Adviseur digitale toegankelijkheid) hoorden afgelopen november dat hun belangrijkste webportal het Omgevingsloket, de status A kreeg. “Een audit is voor ons eigenlijk een sluitstuk,” zegt Sander, “een soort derden-bewijs. Onze hele organisatie is erop gericht om volledig digitaal toegankelijke diensten op te leveren. Het werken vanuit een breed gebruikersperspectief werpt zijn vruchten af.”
Gezamenlijke ontwikkeling
Zeven jaar geleden nam het programma van het Digitaal Stelsel Omgevingswet het initiatief om voor de ontwikkeling van software voor DSO de teams te laten werken via het Scaled Agile Framework. Twee jaar later kwam Sander aan boord. “Op dat moment was er geen duidelijke samenwerking tussen verschillende UX ontwerpers van de betrokken overheidsorganisaties Rijkswaterstaat, Kadaster, Geonovum en Koop. Die organisaties leveren mensen voor de 15 softwareteams, die allemaal bouwen aan de voor- en achterkant van het DSO. Het verbinden en beter laten samenwerken van de van UX’ers was een belangrijke eerste stap, omdat zij zich individueel al bezig hielden met digitale toegankelijkheid. Deze 15 teams leveren ieder kwartaal een deel van de werkende software op. Tweewekelijks komt iedereen bij elkaar in Utrecht om weer een nieuwe sprint te starten.”
Over DSO en het Omgevingsloket
DSO ondersteunt de uitvoering van de omgevingswet via een aantal samenhangende IT-componenten: Een achterkant waarin de regels en gekoppelde werkingsgebieden digitaal worden vastgelegd en een voorkant waarin websites en apps worden ontwikkeld voor de diverse gebruikers. De belangrijkste webportal is het Omgevingsloket. Dit is een digitaal loket waar initiatiefnemers (particulier of bedrijf), overheden en belanghebbenden snel kunnen zien wat is toegestaan in de fysieke leefomgeving op verschillende bestuursniveaus (gemeente, waterschap, provincie en rijk). Het loket faciliteert ook het uitvoeren van een vergunningcheck of het aanvragen van een omgevingsvergunning. Het Omgevingsloket heeft sinds november 2023 de A status voor digitale toegankelijkheid en zal worden gelanceerd op 1 januari 2024.
Gebruikers betrekken
Een vast ritme, al zeven jaar lang, biedt de mogelijkheid om processen rond digitale toegankelijkheid in te laten slijpen. Maar de werkende software geeft ook de ruimte om te kunnen testen met gebruikers. “We doen regelmatig gebruikerstesten”, aldus Martin. “We hebben de afgelopen jaren met behulp van ruim 250 potentiële gebruikers, inwoners en ondernemers, met en zonder beperking, kunnen testen. Dit geeft ons heel veel informatie om digitaal toegankelijker en gebruikersvriendelijker te kunnen ontwerpen en bouwen.”
Continu evalueren
Een belangrijke rol is hierbij ook weggelegd voor Tim, die vanaf zijn geboorte blind is. Hij heeft veel kennis van programmeren en weet inhoudelijk ook veel van de WCAG, een ideale combinatie voor zijn rol als adviseur. “Een ontwikkelteam voert ieder half jaar een zelfevaluatie uit, waarbij ik samen met een ontwikkelaar de applicatie doorloop. Doordat ik ervaringsdeskundig ben, maar ook veel kennis heb van ervaringen van andere doelgroepen, heb ik een breed gebruikersperspectief. Door mijn kennis van programmeren, kan ik samen met de ontwikkelaar meteen een oplossing bedenken voor een vastgesteld probleem en het in gang zetten.”
Prioriteren naar gebruikersimpact
Omdat niet alles tegelijk kan worden opgepakt, prioriteert DSO de toegankelijkheidsbevindingen naar gebruikersimpact. Hierbij wordt vooral gekeken naar de mate waarin de geconstateerde bevinding een gebruiker met beperkingen hindert om de functies van een applicatie te gebruiken. “Kritieke bevindingen hebben de meeste prioriteit,” vertelt Tim. “Deze worden meteen opgepakt. Dit zijn bevindingen waarbij een gebruiker niet volledig door een applicatie komt. Een voorbeeld is een knop die niet zonder muis niet bereikbaar is. Hinderlijke bevindingen zijn van een wat lager niveau. Dat zijn bevindingen waarbij je wat langer moet zoeken om bij de juiste informatie of de volgende processtap te komen. Soms hebben alle pagina’s op een site dezelfde titel. Dat is vooral vervelend omdat je extra moet zoeken naar de juiste informatie en het is fijn als er wat aan gedaan wordt. Het laagste niveau van bevindingen zijn die met een beperkte impact. Dat zijn bevindingen waar gebruikers weinig last van hebben. Denk bijvoorbeeld aan een sluitknopje met de tekstuele naam ‘close’ in plaats van ‘sluiten’.”
Digitaal toegankelijke bouwstenen
Het streven naar een effectief en efficiënt ontwikkelproces voor veel verschillende teams heeft er ook toe geleid dat men ging nadenken over het ontwikkelen van een componentenbibliotheek. Hans is al enige jaren betrokken bij de ontwikkeling van de DSO Toolkit. Deze toolkit met gestandaardiseerde schermcomponenten voor een app of webportal is ontwikkeld voor hergebruik in nieuwe of bestaande digitale diensten. “En het mooie is dat alle componenten ook digitaal toegankelijk zijn opgeleverd,” vertelt Hans. “Dat betekent dat wanneer je een nieuwe applicatie bouwt met de componenten uit de DSO Toolkit, je al vrij zeker weet dat het voldoet aan de eisen.” Sander vult aan: “Afgelopen jaar organiseerden we een hackathon voor developers. De innovatieve applicatie die daar in een paar uur was ontwikkeld, bleek ook meteen digitaal toegankelijk door het gebruik van onze componenten!”
Kennis vasthouden is belangrijk
Tim heeft ook een belangrijke rol in het verspreiden van kennis over digitale toegankelijkheid binnen de ontwikkelteams. Hij heeft een basistraining digitale toegankelijkheid ontwikkeld en traint de UX’ers, developers en testers. “Het doel is dat iedereen zich continu bewust is dat digitale toegankelijkheid meegenomen moet worden.“ En Tim is graag bereid daaraan bij te dragen en ze up-to-date te houden.
“Maar het helpt ook dat er een laag verloop van medewerkers is,” zegt Martin, “mensen blijven lang bij DSO, waardoor de expertise binnen de teams blijft en zich steeds beter opbouwt.”
Blijft er nog iets te wensen over?
In vijf jaar is het gelukt om een werkwijze te ontwikkelen die ertoe heeft geleid dat teams van verschillende disciplines uit verschillende overheidsorganisaties op een heel efficiënte manier samen digitaal toegankelijke websites en apps maken. Valt er dan nog iets te wensen? “Jazeker”, zegt Sander, “het zou fijn zijn als de ontwikkelteams uitgebreider automatisch zouden kunnen testen. Nu doet Tim heel veel zelf en dat moet hij ook blijven doen, maar het zou tijd schelen als teams meer automatisch zouden testen. Dan worden de meest basale toegankelijkheidsissues vroeg in het ontwikkelproces al gevonden. Repareren is veel moeilijker en kostbaarder na het releasen van software.”
Er is ook nog wel een andere uitdaging in het toegankelijk maken van de content. “Wij leveren vooral techniek” zegt Martin. “Dat betekent dat onze applicaties en portals technisch digitaal toegankelijk zijn. Maar de inhoud van het DSO, de uiteindelijke vertaling van alle wet- en regelgeving, wordt aangeleverd door meer dan 400 (overheids-)organisaties. Die content is weliswaar digitaal toegankelijk, maar we zien in gebruikerstests nog vaak dat de inhoud moeilijk te begrijpen of toe te passen is. Hier valt zeker nog een hoop te winnen.”